De logistieke infrastructuur
Voor een goede functionering van verdedigingswerken was een goede structuur in het achterland van levensbelang. Troepen moesten worden ondergebracht in de nabijheid van de ouvrages. Voorraden moesten gemakkelijk kunnen worden aangevoerd en ook energie in de vorm van elektriciteit was noodzakelijk. Dit vertaalde zich in de aanleg van wegen, spoorwegen, munitiedepots, genieparken, verdeelstations voor hoogspanning en kazernedorpen.

Het verblijf van de troepen
Ook in vredestijd was een klein gedeelte van de bemanning van een ouvrage aanwezig. Bij een mobilisatie moesten de troepen zo snel mogelijk hun ouvrages kunnen bereiken. Het was niet mogelijk om lange tijd in een ouvrage te verblijven, want de levensomstandigheden lieten dit niet toe. Daarom werden er kazernedorpen(cité's gebouwd.
Voor de tijdelijke bezetting in vredestijd waren er houten barakken in de onmiddellijke nabijheid van een ouvrage. In geval van oorlog konden deze dan in brand gestoken worden.

In de sector Crusnes was de bevoorrading van de artillerie-ouvrages voorzien met smalspoortreinen. De drie grote ouvrages in deze sector: Fermont, Latiremont en Bréhain hadden een munitie-ingang voor smalspoor. Door geldgebrek werd deze structuur niet meteen gerealiseerd, maar verschoven naar een tweede bouwperiode. Door het uitbreken van de oorlog is dit niet meer gerealiseerd. Om het transport per vrachtauto te realiseren, werd een netwerk van strategische wegen aangelegd.

Om de stroomvoorziening veilig te stellen, ging men vanaf 1936 de ouvrages verbinden met het civiele elektriciteitsnetwerk via betonnen transformatorposten. Voor Fermont stond het transformatorstation in Xivry-Circourt (sinds 2010 afgebroken). Via een bovengrondse leiding kwam de stroom met 65.000V binnen; in de post werd deze omlaag gebracht naar 17.500V en via een ondergrondse kabel naar Fermont getransporteerd. In het kader hiervan werd de electriciteitscentrale uitgebreid met een transformatorruimte; de werkzaamheden startten in maart 1939 en waren net voor het uitbreken van de oorlog gereed. Ook was het de bedoeling dat ouvrages elkaar onderling van stroom moesten kunnnen voorzien in geval van panne. Een verbinding tussen Fermont en Latiremont was in mei 1940 echter nog niet gerealiseerd.

Na 1 januari 1936 werd de bouw van linie niet langer gecoördineerd door CORF. Met militaire handkracht, MOM (Main-d'Oeuvre Militaire), werden tientallen opstellingen gebouwd door de in de sector gestationeerde veldtroepen. Er werden kleine blockhaus voor een 25 mm of 47 mm anti-tankkanon of mitrailleurs gebouwd, open opstellingen voor een 65mm kanon. Zelfs oude Pamart-koepels en koepels uit oude forten werden hergebruikt. In hele sector Crusnes werden opstellingen voor een demontabele mitrailleurpost gebouwd, een Tourelle démontable. Rondom Fermont lagen er 23 stuks.